Bruckner en Schubert
Andrew Manze leidt Bruckners Tweede en Schuberts Vierde symfonie
Het Concertgebouworkest speelt de Tweede symfonie van Anton Bruckner en Schuberts Vierde symfonie onder leiding van Andrew Manze.
‘Van de smachtende, desolate opening tot het zelfverzekerde, triomfantelijke slot: de Tweede is een juweel.’
Concertprogramma
-
Franz Schubert
Symfonie nr. 4, 'Tragische'
-
-- pauze --
-
Anton Bruckner
Symfonie nr. 2 in c kl.t.
Uitvoerenden
Over dit concert
Andrew Manze breekt met veel passie een lans voor Bruckners Tweede symfonie. ‘Van de smachtende, desolate opening tot het zelfverzekerde, triomfantelijke slot is de Tweede symfonie een juweel dat te lang op onverklaarbare wijze over het hoofd is gezien, zelfs door veel Bruckner-liefhebbers’, aldus de Britse dirigent. Slechts vijf dirigenten hebben dit werk tot nu toe bij het Concertgebouworkest gedirigeerd, de laatste keer klonk het in 1992 onder Riccardo Chailly. Nu pakt Andrew Manze de handschoen op.
Toen Bruckner zich gevestigd had in Wenen begon hij aan de Tweede symfonie. Hierin hoor je hoe Bruckner zijn eigen stem zoekt – en vindt. Naast het langgerekte openingsthema, de volksdansen en de citaten uit eigen werk is de invloed van de Weense klassieken duidelijk hoorbaar, met name Beethoven – maar ook Wagner en Schubert. Andrew Manze paart Bruckners Tweede aan de ernstigste van Schuberts eerste zes symfonieën, de Vierde.
Data en kaarten
Over dit concert
Andrew Manze breekt met veel passie een lans voor Bruckners Tweede symfonie. ‘Van de smachtende, desolate opening tot het zelfverzekerde, triomfantelijke slot is de Tweede symfonie een juweel dat te lang op onverklaarbare wijze over het hoofd is gezien, zelfs door veel Bruckner-liefhebbers’, aldus de Britse dirigent. Slechts vijf dirigenten hebben dit werk tot nu toe bij het Concertgebouworkest gedirigeerd, de laatste keer klonk het in 1992 onder Riccardo Chailly. Nu pakt Andrew Manze de handschoen op.
Toen Bruckner zich gevestigd had in Wenen begon hij aan de Tweede symfonie. Hierin hoor je hoe Bruckner zijn eigen stem zoekt – en vindt. Naast het langgerekte openingsthema, de volksdansen en de citaten uit eigen werk is de invloed van de Weense klassieken duidelijk hoorbaar, met name Beethoven – maar ook Wagner en Schubert. Andrew Manze paart Bruckners Tweede aan de ernstigste van Schuberts eerste zes symfonieën, de Vierde.